BR 14

De S9 locomotief

Hanomag leverde in 1908 de eerste 10 exemplaren van deze nieuwe Naßdampf sneltreinlocomotieven voor de Pruisische spoorwegen. Wanneer door de veranderde spoorwegbouw en bedrijfsvoering de sneltreinen steeds vaker 44 assen tellen, en bij het instellen van zesassige rijtuigen dit dus 52 assen zijn en als dan ook de maximumsnelheid op 90 km/u moet blijven, betekende dit in de praktijk dat dit teveel vroeg van deze locomotieven.

Desalniettemin leverde Hanomag tot 1910 99 van dit soort locomotieven die eerst werden aangeduid als S7 en vanaf 1908 wanneer de serielevering begon als S9. Men had geprobeerd om een locomotief te bouwen die even goed of zelfs beter was dan de S4 en S6. Wat betreft de S4 was dit redelijk gelukt, maar tegenover de S6 was dit maar ten dele gelukt.

Twee locomotieven, de HANNOVER 903 en 905 kregen in 1913/14 een nieuwe ketel en werden omgebouwd tot Heißdampf locomotieven, deze kregen de aanduiding S8. Na 1919 gingen 17 locs naar België en 4 stuks naar de Franse Nord spoorwegen.

De DRG nam de twee Heißdampf locomotieven over en één Naßdampf locomotief S9 (ESSEN 907), deze werden ingezet onder de aanduiding BR 14.0 met de nummers 14 001 en 14 002 en de Naßdampf loc kreeg nummer 14 031. In 1926 zijn alle drie de locomotieven buiten dienst gesteld.