| |
E 18
 | | De E 18 08 met daarachter een Schürzenwagen | Foto: Christian Zeilwegger |
Met de levering van de sneltrein elektrische locomotief E 18 01 door AEG begon in 1935 een nieuw tijdperk op het Duitse spoor. Bij proefritten behaalde de E 18 snelheden van 165 km/u en had de loc een vermogen van 4740 kW. In 1937 won de E 18 22 op de wereldtentoonstelling van Parijs de hoogste prijs, de Grand Prix.
Tot januari 1940 stelde de DRG 53 machines E 18 in dienst, 8 exemplaren voor Schlesien, 14 voor Midden-Duitsland en 31 voor Zuid-Duitsland. In 1943/44 gingen zes locs vanuit Midden-Duitsland naar Zuid-Duitsland en Oostenrijk, en zeven locs uit Schlesien gingen kort voor het eind van de oorlog naar Beieren. Aan het einde van de oorlog waren er nog maar 24 locomotieven bedrijfsvaardig.
 | | De E 18 31 in de oorspronkelijke groene kleurstelling | Foto: Christian Zeilwegger |
Over de kleurstellingen van de E 18 bestaan nogal wat verschillende opvattingen. De kleurstellingen die in principe werden gehanteerd bij de DRG voor de E 18 locomotieven was een groen-grijze kleur die enigszins naar zeeblauw neigde. Naast deze kleur zijn er ook enige E 18 locomotieven geleverd met een donkergroen-grijze kleurstellingen. In de loop van het eerste inzet jaar werden de sierlijnen dikwijls verwijderd. Ook werden later door de DRG bij een aantal locomotieven de schorten rond de buffers verwijderd of verkleint, zoals ook al gebeurde bij stroomlijn stoomlocomotieven. Oorzaak waren de moeilijkheden die optraden bij inspecties en onderhoud. Bij het begin van de oorlog wisselde de kleurstelling naar een staalgrijze kleur met zwart dak. Gelijktijdig werden de lampen aan de fronten door afdekplaatjes verkleind.
Inzet bij de Deutsche Reichsbahn (DDR)
In 1958/60 nam de DR de E 18 19, E 18 31 en de E 18 40 weer in dienst. Voor de aflossing van de in het proefbedrijf rijdende stoomlocomotieven 18 201 en 18 314 liet de DR in Raw Dessau de E 18 19 en de E 18 40 ombouwen voor 180 km/u. De locomotieven kregen nieuwe drijfwielen en Federtöpfe ingebouwd. Het Bw Leipzig Hbf West gaf eind 1966 de E 18 19 en de E 18 40 aan het Bw Halle P. Hier bevond zich sinds juli 1958 al de E 18 31. In juni 1969 was de E 18 19 omgebouwd en in augustus 1969 de E 18 40. De E 18 40 werd bij een proefrit op 29 augustus 1969 zwaar beschadigd zodat deze helemaal opnieuw moest worden opgebouwd. Het Raw Dessau bouwde dan in juni 1970 de E 18 31 om met delen van de schadelocomotief. De locomotieven gingen naar het Bw Halle P en werden nog tot 1978 ingezet in het proefbedrijf. De E 18 31 is bewaard gebleven als museumlocomotief en AEG heeft in februari 1992 de E 18 19 overgekocht.
| Asindeling: |
1'Do1' |
| Indienststelling: |
1935-1940 |
| Diameter drijfwielen: |
160 cm |
| Diameter loopwielen (voor/achter): |
100 cm/100 cm |
| Lengte over de buffers: |
16,920m |
| Maximumsnelheid: |
150 km/h |
| Aantal rijmotoren: |
4 |
| Vermogen: |
3040 kW @ 117,0 km/h |
| Aanzetkracht: |
206 kN |
| Spanning: |
15 kV ~/16 2/3 Hz |
| Gewicht: |
108,5 t |
|
