BR 011/012

Bij de invoering van de computer nummers vanaf 1968 werden de kolengestookten locomotieven ondergebracht in de serie 011 en de oliestokers in de serie 012.

In 1970 kwamen de locomotieven BR 011 en BR 012 naar het depot Rheine, ter vervanging van de verouderde locomotieven 003 en 001. Toen twee jaar later de resterende exemplaren uit Hamburg-Altona arriveerden, was Rheine de laatste en meest legendarische thuishaven van deze sneltrein locomotieven. De meeste snel- en D-treinen tussen Rheine en Emden werden bulderend op en neer gereden tot 31 mei 1975, toen de laatste door de stoomlocomotief 012 081-6 getrokken sneltrein D 714 haar reis had beëindigd.

De laatste overgebleven kolenstoker, de 011 062-7 werd in 1973 aan de kant gezet. In 1971 had deze locomotief in Nederland ritten gemaakt voor de NVBS. De 012 075-8 kwam in maart 1976 naar Rotterdam, gesleept door een 23 023.

De op dit moment nog overgebleven locomotieven 01.10:

• 01 1056 DME, museum Darmstadt-Kranichstein ²
• 01 1061 Deutsches Dampflokomotivmuseum, Neuenmarkt-Wirsberg
• 01 1063 Monument, Braunschweig
• 01 1066 Ulmer Eisenbahn Freunde, Karlsruhe ¹
• 01 1075 Stoom Stichting Nederland, Rotterdam ^1,2
• 01 1081 Ulmer Eisenbahn Freunde, Karlsruhe
• 01 1082 Museum für Verkehr und Technik, Berlijn
• 01 1100 Verkeersmuseum, Nürnberg ¹
• 01 1102 Monument Bebra
• 01 1104 Steamtown, Carnforth (Engeland)

¹ bedrijfsvaardig
² kolengestookt

De beroemdste 01.10 is de 01 1102, de "Blue Lady". Met veel moeite en inzet is deze loc weer voorzien van stroomlijnbekleding. De combinatie van een donkerblauwe kleur, een nieuwe ketel, en de maximum snelheid van 150 km/u, zorgen ervoor dat dit een zeer uniek museumstuk is.

Helaas is deze museumlocomotief in de nacht van 8 en 9 september 2001 afgebrand. De schade werd geschat op 300.000 DM (154.000 EURO).

De "Blue Lady" BR 01.10