SDA4�m/AD4�m-62/AD�mh 101 & AD4�m-63/AD�mh 101

Voor de Rheingold treinen werden speciaal naar Amerikaans voorbeeld panoramarijtuigen gebouwd. Omdat de Rheingold onder andere over de fraaie Rijnlijn door het Rijndal reed op zijn traject naar Zwitserland leende dit traject zich uitstekend voor de inzet van panoramarijtuigen. In eerste instantie werden in 1962 voor de Rheingold 3 panoramarijtuigen type AD4üm-62 gebouwd door Wegmann in Keulen. De rijtuigen waren oorspronkelijk gepland als SDA4üm maar werden al bij aflevering aangeduid als AD4üm-62.

In 1963 werden nog eens 2 panoramarijtuigen gebouwd door Wegmann voor de Rheinpfeil treinen. De inrichting van de rijtuigen was apart. In het midden van het rijtuig was een verhoogd platform aangebracht van 8,412 meter met een glazen koepel. Hier was plaats voor 22 personen om van het panorama te kunnen genieten. 18 van de in totaal 22 stoelen waren draaibaar zoals ook de zitplaatsen in de salonrijtuigen. Het panorama gedeelte was bereikbaar via een klein trapje. Aan de ene kant van het rijtuig, op het normale rijtuig niveau bevonden zich twee coupés met elk 6 zitplaatsen en een werk/schrijfcoupé en een telefooncabine. Aan de andere kant van het rijtuig bevond zich een bar met 12 zitplaatsen. Aan beide uiteinde van het rijtuig bij de instapruimten bevond zich een toilet. Onder het panorama dek bevond zich een gedeelte waar bagage en express post vervoerd kon worden en waar de apparatuur voor de klimaatregeling was ondergebracht.

De speciale constructie van dit rijtuig maakte een versteviging van het chassis noodzakkelijk. Speciale aandacht werd besteed aan de geluidsisolatie om resonantie tegen te gaan die eventueel kon worden veroorzaakt door de twee niveau's. De uitzichtskoepel is geconstrueerd door middel van speciale metalen profielen met daartussen speciaal glas. De rijtuigen AD4üm 62 hadden in de lengte 8 venster panelen in de koepel, de rijtuigen AD4üm 63 hadden in de lengte 4 venster panelen in de koepel. Ook deze rijtuigen hadden zoals de coupé en salonrijtuigen gebouwd tot 1965 een afgerond dak uiteinde.

De rijtuigen wogen bij aflevering elk 50 ton en waren geschikt voor 160 km/u. De rijtuigen waren voorzien van draaistellen Minden Deutz type 50 met versterkte vering, de draaistellen waren voorzien van remmen type Knorr aangevuld met elektromagnetische remmen.

De klimaatbeheersing was ook van het type Jettair zoals ook werd gebruikt in de coupé en salonrijtuigen, alleen was de capaciteit van de installatie in de panoramarijtuigen vergroot om ook de temperatuur onder het grote glazen oppervlakte dragelijk te kunnen houden.

De panoramarijtuigen werden bij aflevering in de kleuren ivoor wit/blauw geschilderd. De eerste drie panoramarijtuigen die in 1962 werden geleverd waren aan beide zijde voorzien van de inscriptie "RHEINGOLD" in gouden letters. De twee rijtuigen die in 1963 volgde voor de Rheinpfeil treinen hadden het opschrift "DEUTSCHE BUNDESBAHN" in gouden letters.

De vijf rijtuigen werden in 1967 in de kleuren van de TEE treinen geschilderd, en voorzien van de nieuwe UIC nummers 61 80 81-80 001 t/m 005, hierbij kregen de rijtuigen ook de nieuwe aanduiding ADümh 101.

De betekenis van de letters was als volgt: "A" voor 1ste klas, de "D" stond voor het feit dat er een kleine ruimte was voor bagage, de "ü" voor weersbestendige rijtuigovergangen, "m" voor rijtuigen langer dan 24 meter en voorzien van zogenaamde "Gummiwulstübergängen" en elektrische verwarming of verwarming via de treinleiding, en de "h" stond voor het feit dat de energievoorziening in het rijtuig met behulp van een asgenerator werd verzorgd.

Hier is een overzicht te vinden van bouwjaar, nummer en fabrikant van alle rijtuigen AD4üm-62/ADümh 101 en AD4üm-63/ADümh 101 die gebouwd zijn in tijdperk III ().